Koffie Digitalix

Een week of wat geleden kwam ik tot de conclusie dat voor iemand die regelmatig in de natuur te vinden is, ik weinig over de natuur weet. Ik maak een opmerking in die trant op Insta en Facebook en krijg de app ObsIdentify aanbevolen. Dat vraagt om een download en een testrondje met wat natuurfoto’s.

Met twee foto’s kun je niet testen, en de volgende dag ga ik naar het Jaomerdal en fotografeer de ene na de andere paddenstoel. Ik schat in dat ik drie verschillende soorten heb vastgelegd, het blijken er zeven te zijn. Een week later ga ik weer. Veel nieuws zal ik niet vinden vermoed ik, maar kom bedrogen uit. Wanneer ik na de wandeling alle zwammen door de app heb gehaald, staat de teller op vijfentwintig unieke zwammen. En dan heb ik niet eens alle zwammen gefotografeerd omdat ik een aantal herkende van de vorige keer.

Dankzij het zwammenspeuren heb ik andere paden dan normaal genomen, dik drie kilometer meer bosgrond onder mijn voeten door laten gaan en minstens 50 squats gemaakt (want veel zwammen zijn van het laag bij de grond soort), zeker 6 insecten te eten gegeven, 3 ontmoetingen met brandnetels gehad en één spreadsheet gemaakt. Want dat zoekt fijner dan in de app.

Bij de weg. De app kan nog veel meer dingen dan alleen zwammen identificeren. Dat ik nu voor de zwammen ga is omdat die beter stilzitten waardoor ik op mijn gemak een scherpe foto kan maken.

BBij de weg 2: maak daar maar zeven insecten van. En don’t worry, ik kijk niet alleen naar de grond.