Fijne Baas

Ik mag dan weinig met kerstdecoratie en muziek hebben, de aan deze tijd gekoppelde vakantieperiode laat mijn hartje altijd wat sneller kloppen. Vandaag, tijdens de wandeling, zei de buurvrouw, over twee weken is het al kerstmis. Ineens begon het te kriebelen. Vakantie. Dat klinkt goed. Maar ja, het moet wel passen binnen de planning, en op zo’n korte termijn.

Gelukkig is mijn baas een tof mens. Zij zei meteen ja. Volgens haar had ik het verdiend. Zei ik tof mens? Toen ik vroeg of mijn kerstpakket thuisbezorgd werd of dat ik het op moest komen halen kreeg ik een uiterst kille blik en de melding met kerstpakketten houd ik mij momenteel niet bezig.

Ik ken mijn baas. Zij heeft waarschijnlijk, net als ik, niet door dat het al bijna kerstmis is en ik durf te wedden dat zij het helemaal vergeten is en nu, as we speak, na aan het denken is over een leuk kleinigheidje om haar woorden van waardering voor mijn harde werken en tomeloze inzet van het afgelopen jaar kracht bij te zetten.

Heeft iemand tips?

Kinderliedje: Twinkle Twinkle

Een jaartje geleden kwam zag ik Peder Elias met dit liedje voor de eerste keer op mijn tijdlijn (Instagram) voorbij komen. Een bekend kinderliedje met, dankzij wat denk en schrijfwerk van jongeman Elias, een iets minder bekende tekst. Herkenbaar en toch anders. Iets dat ik zeer kan waarderen. Ondertussen volg ik hem half half en weet dat hij niet alleen kinderliedjes omtovert maar ook hele fijne eigen nummers heeft. Dus wie weet kom je hem hier binnenkort nogmaals tegen. Maar nu eerst het nummer waarmee ik hem leerde kennen.

Oefening baart kunst

In juni kreeg ik een brief van de gemeente Venlo met de melding dat mij ID-bewijs aan verlenging toe was en dat het vanwege vakantieperiode druk was op de betreffende afdeling. Als ik er niet op tijd bij was kon ik het gebeuren dat ik niet op vakantie naar het buitenland kon. Aangezien ik dat al jaren niet meer doe (op vakantie gaan) maakte ik mij geen zorgen. In juli zou ik het regelen.

Ik regelde veel in juli, maar het verlengen van mijn ID-bewijs zat niet in het takenpakket. In augustus had ik andere dingen aan mijn hoofd, net als in september. Eind oktober gaf ik toe dat het maken van de afspraak geen probleem was, maar het laten fotograferen van mijn hoofd. De pasfoto dus.

Ik weet het. Niemand staat stralend op een pasfoto want dat willen de diverse regeringen niet. Reizen is een serieuze aangelegenheid. Dus serieus kijken, oren en wenkbrauwen zichtbaar, dat soort werk. Maar er zit een verschil tussen serieus kijken en dusdanig gespannen de camera in kijken dat iedere rechercheur automatisch denkt dat je de moord hebt gepleegd want je gedraagt je schuldig.

Ik ging oefenen. Eerst door een miljoen semi-selfies te maken (met afstandsbediening is toch anders dan de telefoon op armlengte afstand houden en pogen je schouder buiten beeld te houden); vervolgens door bewegende beelden van mijzelf te maken. Iets dat steeds beter gaat. Maar pasfoto’s laten maken… Ho maar. Het was wachten op de knop die omging.

Dat gebeurde op 3 december. Iets over 12 uur wandelde ik bij de fotograaf naar binnen. Mijn oren waren zichtbaar, mijn wenkbrauwen na een korte ingreep ook. Ik volgde braaf de instructies van de fotograaf en nog voordat ik als een psychopaat de camera in kon kijken, was ik al op de gevoelige plaat vastgelegd.

Nee, ik ga de foto’s niet delen maar voor pasfoto’s zijn ze niet slecht. Daar kan ik wel weer een paar jaar mee toe. Nu dat ID-bewijs nog. De afspraak is al gemaakt.